Reanimatie: eerste hulp bij levensgevaar!
Heeft u er wel eens bij stilgestaan dat elke week 300 mensen in ons land buiten het ziekenhuis plotseling door een hartstilstand getroffen worden? En dat voor de helft van de slachtoffers dit de eerste uiting is van ‘iets met het hart’?
Bij een plotselinge hartstilstand bestaat acuut levensgevaar, omdat de bloedtoevoer in het lichaam stopt en daarmee het zuurstoftransport. Na ongeveer 4-6 minuten zullen hersencellen onherstelbaar beschadigen. Daarna lopen ook andere organen beschadiging op. Maar, als een getuige, een omstander direct in die eerste minuten na de hartstilstand met basale reanimatie begint – hartmassage afwisselen met mond op mondbeademingen – worden hartactie en zuurstoftransport kunstmatig op gang gehouden. Dit is van uitermate groot belang om de beschadiging van hersenen en andere organen te voorkomen.
Wanneer elke seconde telt.
Een slachtoffer van een hartstilstand is op dat moment dus volledig afhankelijk van doortastend optreden van een omstander, een getuige. En die is er vaak ook! Dit blijkt uit onderzoek en uit de praktijk. Behalve op straat, op het werk, in winkelcentra en openbare gebouwen zijn de meeste slachtoffers thuis.
U kunt straks ook een omstander zijn bij een hartstilstand. Bent u daarop voorbereid?
Plotselinge hartstilstand
Wat is er eigenlijk aan de hand bij een plotselinge hartstilstand? Het normale hartritme is, vaak als gevolg van een acuut hartinfarct, zeer ernstig verstoord. Er is sprake van een chaotische hartritmestoornis die men kamerwoelen of ventrikelfibrilleren noemt. Het gevolg is dat het hart geen zuurstofrijk bloed meer door het lichaam pompt. Het slachtoffer is bewusteloos, zodat men niet meer met hem/haar kan praten. De normale ademhaling en de hartslag zijn uitgevallen.
De meeste slachtoffers (60-70%) hebben in de eerste minuten na de hartstilstand de hartritmestoornis ventrikelfibrilleren.
Direct handelen nodig
Meerdere achtereenvolgende stappen zijn nodig bij de hulpverlening. Snelle inschakeling van het alarmnummer 1-1-2 om een ambulance op te roepen is de eerste schakel in de keten van overleving. Directe basale reanimatie door omstanders is de tweede stap, zodat vooral de hersenen zuurstof krijgen en het hart wordt voorbereid op de volgende stap. Om het ventrikelfibrilleren op te heffen en een goed hartritme terug te krijgen, is defibrillatie nodig. Dit is een krachtige stroomstoot toedienen met een defibrillator. Defibrillatie is de derde schakel in de keten van overleving en moet zo snel mogelijk gebeuren. Ambulancezorgverleners zetten de reanimatie voort, de vierde schakel.
Keten van overleving
Als binnen zes minuten na een hartstilstand gereanimeerd en gedefibrilleerd wordt is de overlevingskans groot: 70%. Na zes minuten blijven reanimatie en defibrillatie natuurlijk nodig en belangrijk, maar de overlevingskansen nemen af. Elke minuut later defibrilleren betekent dat die kans met 10% daalt. De ambulances in ons land hebben een defibrillator, maar kunnen meestal niet sneller dan 8-10 minuten na de melding ter plaatse zijn. Zo’n aanrijtijd is altijd te lang. Er gaat dan te veel kostbare tijd verloren. Het is niet eenvoudig om de aanrijtijd zo te verkorten dat wel binnen zes minuten gedefibrilleerd kan worden. Er is wel een oplossing!
Dat is de automatische externe defibrillator, de AED. Iedereen die kan reanimeren, kan in een paar uur leren met een AED te werken.
Binnen zes minuten defibrilleren met de AED
De AED is een apparaat dat de hartactie van het slachtoffer registreert en aan de hand van een computergestuurde protocollen aan de hulpverlener(s) gesproken opdrachten geeft.
De AED is veilig en betrouwbaar. Zodra de getuige of omstander twee plakelektroden op de ontblote borstklas van het slachtoffer heeft geplakt, neemt de AED de regie over. Omdat in het geheugen van de AED’s alle reanimatiegegevens worden vastgelegd, kan men de resultaten van de toepassing van de AED’s voor wetenschappelijke doeleinden gebruiken.
In handen van iedere getrainde leek kan binnen zes minuten na de hartstilstand de eerste stroomstoot worden toegediend als een AED dicht bij de plaats van de reanimatie is. Denk aan winkelcentra, de werkplek, sportterreinen, openbare gebouwen, horecagelegenheden, publieksmanifestaties, seniorencomplexen, huisartsen, vliegvelden, casino’s etc. En, straks in de eigen woning.
De AED in de praktijk
De AED is een belangrijk apparaat, maar vervangt niet de basale reanimatie. Dit wordt wel eens ten onrechte gedacht. Directe basale reanimatie is altijd nodig om de hersenfunctie veilig te stellen en het hart zelf voor te bereiden op een of meer stroomstoten van de AED. Het is uiterst belangrijk dat de hartmassages en de beademingen doorgaan in afwachting van het bevestigen van de plakelektroden op de borstkas van het slachtoffer. Als de hartritmestoornis niet met stroomstoot van de AED is te behandelen dan geeft de AED de hulpverlener opdracht om met de basale reanimatie door te gaan. Bij ongeveer 30-40 van elke 100 slachtoffers is hiervan sprake. Dit illustreert wel hoe belangrijk de reanimatie is.
In de loop van de tijd zult u met dit beeldmerk, dat de plaats van een AED markeert, vertrouwd raken. Dit beeldmerk wordt landelijk doorgevoerd. Let u maar op!
Elke leek mag de AED bedienen. Wettelijke bezwaren zijn er niet in ons land.
Voor wie is een reanimatie- en AED cursus belangrijk?
Voor u! Elke reanimatieslachtoffer kan niet zonder u en door uw inzet hebben reanimatieslachtoffers kans om te overleven. Iedereen kan met een reanimatiesituatie te maken krijgen. Altijd onverwacht. Zorg ervoor niet een hulpeloze toeschouwer te zijn.
Resultaten van reanimaties buiten het ziekenhuis in Nederland.
Door direct na een hartstilstand basale reanimatie toe te passen verdubbelt de overlevingskans van het slachtoffer. In ons land overleven jaarlijks 1300-1500 personen een hartstilstand, die hen buiten het ziekenhuis trof. Door te leren omgaan met AED’s en de apparaten binnen zes minuten na de hartstilstand shockklaar te hebben is de overlevingskans 70%. Honderden mensenlevens extra worden gered. Omstanders en getuigen, die direct reanimeren en defibrilleren met een AED zijn redders in nood.
De reanimatie- en AED cursus
Voor een reanimatiecursus zijn geen toelatingseisen. Het is wel belangrijk dat u voldoende uithoudingsvermogen heeft, omdat reanimeren inspannend is. Een cursusdeelnemer kan beter niet jonger zijn dan 13, 14 jaar.
Herhalingslessen
Om de reanimatie en AED goed in de vingers te krijgen en te houden zijn herhalingslessen enorm belangrijk. Eén maal per jaar krijgt u een oproep voor een herhalingsles.
Tot slot, reanimatie is niet alleen van levensbelang bij een hartstilstand, maar bijvoorbeeld ook bij verdrinking, verstikking, verslikking, en ongevallen (waaronder die met elektriciteit). Ook kunt u bij ons leren hoe baby’s en kinderen te reanimeren.